
Het Metawad project
De Waddenzee is een ecologisch waardevol gebied dat niet op zichzelf staat. Jaarlijks maken er naar schatting 10-12 miljoen vogels gebruik van het wad.
Een substantieel deel hiervan zijn trekvogels die alleen op heen- en terugreis tussen een beperkt aantal tropische waddengebieden en de Arctische toendra in het waddengebied voorkomen. Ze zijn volledig afhankelijk van rust en voedsel die ze in de Waddenzee kunnen vinden; zonder de Waddenzee redden deze populaties trekkende wadvogels het niet omdat er geen alternatieve lokaties zijn waar ze zich voor kunnen bereiden op het vervolg van hun reis.
Dit betekent dat vanuit het perspectief van trekvogels, de Waddenzee geen op zichzelf staand ecosysteem is, maar onderdeel is van een wereldwijd netwerk van ecosystemen, een zogenaamd meta-ecosysteem.
De laatste jaren bevindt het Waddenzee-deel van dit meta-ecosysteem zich in een onvoldoende staat van instandhouding. Het Natuurherstelprogramma moet er voor zorgen dat de oorspronkelijke natuurwaarden weer hersteld worden.
Een effectief herstel van de essentiƫle natuurwaarden zal moeten resulteren in veranderingen in het gebruik van de voedselbronnen (o.a. de in en op de wadbodem levende wormen en schelpdieren) door vogels, en uiteindelijk in via een verbeterde voortplanting en overlevingskansen van de vogels naar een herstel van het aantal wadvogels.
Wij proberen de doelen inhoud te geven door diepgaand lange-termijn onderzoek aan verspreiding, geboorte en dood van vijf karakteristieke trekvogels van het wad. Daarbij staat de Kanoet voor een gespecialiseerde schelpdiereter, de Rosse Grutto voor een wormeneter, de Drieteenstrandloper voor een garnaaltjes-eter van zandig wad en strand, de Lepelaar voor een garnalen- en platvisjes-eter van slenken en geulen, en de Rotgans voor een grazer op wad en kwelder.