Foto: onbekend
Foto: onbekend

Ruien of niet ruien, dat is de vraag

Het afgelopen najaar hebben onderzoekers van NIOZ en Rijksuniversiteit Groningen onder leiding van Jeroen Reneerkens opnieuw enkele honderden drieteenstrandlopers geringd bij Griend. De belangrijkste vraag van dit Metawad-project: hoe lang blijven drieteentjes in het najaar hangen rond de Wadden? Op basis van de terugmeldingen van de kleurringen trekt de groep van Reneerkens enkele opvallende conclusies. ‘Er is een groep die zo snel mogelijk lijkt op te vetten, om daarna weer door te vliegen. Een andere groep blijft een tijdje hangen om rustig te kunnen ruien’, aldus Reneerkens.

Een vergelijkbaar fenomeen is bekend van kanoeten. De ondersoort canutus ruit niet bij ons en vliegt vrij snel door naar West-Afrika. De ondersoort islandica ruit wel in
de Waddenzee en blijft vervolgens ook in onze contreien hangen. Reneerkens: ‘De drietenen die in West- en zuidelijk Afrika overwinteren ruien ook in de tropen en verblijven relatief kort op het wad. Maar het opvallende is dat de drietenen die bij ons ruien vanaf halverwege oktober ook overal opduiken: in Nederland, maar ook in Zuid-Europa zelfs Noord-Afrika.’

Met de verblijfsuur van de verschillende vogels in het achterhoofd konden de onderzoekers berekenen hoeveel drieteentjes er daadwerkelijk van de Waddenzee gebruikmaken. Maximaal werden er 10.600 tegelijkertijd geteld bij Griend, maar gecorrigeerd voor de doorstroom schatten de onderzoekers dat er wel 19.800 drieteenstrandlopers afhankelijk zijn van het gebied. Dat is 16% van de geschatte totale flyway-populatie!

contact: j.w.h.reneerkens@nioz.nl

Koninklijk Nederlands Instituut voor Onderzoek der Zee Sovon vogelonderzoek Nederland Nederlands Instituut voor Ecologie Vogeltrekstation Stichting natuurinformatie Werkgroep Lepelaar Rijksuniversiteit Groningen Universiteit van Amsterdam Global Flyway Network in Australia